1 november 2014 t/m 16 december 2014
Galerie BAS10 te Sneek presenteert van 1 november tot en met 16 december 2014 werk van tien jonge kunstenaars onder de titel DE VOLGENDE GENERATIE. De exposanten zijn allen onlangs afgestudeerd aan Academie Minerva en zijn geboren en/of woonachtig in de provincie Fryslân. Deze tentoonstelling is de opmaat voor komende presentaties in Galerie BAS10 van jong fries beeldend talent in aanloop naar het magische jaar 2018 waarin Fryslân zich in Leeuwarden als Culturele Hoofdstad van Europa mag laten zien! De expositie wordt op zaterdag 1 november om 16 uur geopend door Oeds Westerhof, projectdirecteur Culturele Hoofdstad 2018. De expositie werd samengesteld door gastcurator Bartle Laverman De exposanten:
Heeft een fascinatie voor een verstilde en ingetogen wereld waarin hij zijn onderwerpen weergeeft. Hij schildert landschappen, stillevens en portretten van zowel mensen als dieren, die hij vaak vanuit een onverwachte hoek benadert. Een realist zou hij zichzelf niet willen noemen. ‘Als schilder manipuleer je de realiteit altijd in meer of mindere mate: je ensceneert, laat weg of voegt toe en geeft het geheel een andere sfeer.’ Terugkerende thema’s in zijn werk zijn verstilling en vervreemding.
Wat begon met landschap leegte en mensen, in een eenvoudige ijle tekening, is uit gegroeid tot een proces waarin vele werken volgden. Waaronder de papieren werken hier getoond. De papieren bolvormen tonen een weidse wereld met daar in een of een klein aantal mensen. Ze roepen een illusie op van een tweede wereld binnen de werkelijke wereld. Een wereld van gedachten en gevoel. Voor de een fijne rust, voor de ander kille eenzaamheid. Het is een installatie waarbij het verlangen om te zien de verbeelding aanspreekt, door te spelen met de doorlaatbaarheid van het materiaal in combinatie met licht. Ervaar het moment, luister naar de stilte. Luister naar de stilte en vaar naar die andere wereld. Kijk, geniet, stap de wereld binnen en laat het u raken.
De schilderijen van Hoekstra worden bevolkt door dunne, lange, haast tweedimensionale figuren. Zwijgend staren zij van ons weg, hun blik gericht op het oneindige en lijken zij onbeholpen in hun bevroren toestand. De heldere kleuren versterken de langgerekte vlakken waaruit de compositie is opgebouwd. Alles in balans, maar bij tijd en wijle bewust perspectivisch onjuist om de spanning in het beeldvlak te versterken. Zijn ervaring van de zichtbare werkelijkheid vormt zijn uitgangspunt. Hoe dit om te zetten in stijl beschouwd hij als zijn belangrijkste opgave.
In het werk van Maurits van Putten vormen nauwkeurige waarneming en verwijzingen naar de kunstgeschiedenis veelal de basis. Zo zijn te tekeningen uit de serie Closer to Van Eyck een zo exact mogelijke weergave van enkele door Van Eyck geschilderde (en ontworpen?) tegeltjes in het Lam Gods. Bye Bye Basquiat is een met balpoint getekend nabeeld van een expressief doek van Basquiat. Door te concentreren op details uit te (kunst)geschiedenis ontstaan nieuwe beelden, die in techniek, tijd of afmetingen maximaal met elkaar contrasteren. De schilderijen vormen veelal een geïllustreerd onderzoek naar de mogelijkheden om ongrijpbare processen (bv. woordkeuzes) in beeld te vangen. Het werk van Maurits van Putten kenmerkt zich door nauwkeurigheid en concentratie en een grafische benadering van het begrip beeld.
Maakt tekeningen en aquarellen waarin de thema’s kwetsbaarheid en seksualiteit vaak centraal staan. Foto’s van het internet en uit tijdschriften dienen daarbij dikwijls als uitgangspunt. Soms wordt het bronmateriaal als onderlaag gebruikt, waarbij delen van de foto in het werk doorschemeren. In andere gevallen ligt het materiaal louter ten grondslag aan zijn tekeningen. Door de foto’s uit de originele context te halen en te bewerken schept Wiersma de nodige afstand van zijn onderwerp. Hij weet daarmee zijn eigen wereld van grillige kwetsbare figuren te creëren, die soms willen verontrusten, maar vaker nog, al dan niet in hun groteske aanwezigheid, gezien en bewonderd willen worden.
De wereld, in welke ik reis, is mijn wereld waar ik de enige bewoner van ben in een grillige omgeving. Ik wil tijdens het maken van mijn kunstwerken kunnen verdwalen om van de hedendaagse wereld verwijderd te zijn. Mijn kunstwerken zijn voor mij deze zoektocht om zo de wereld van verwondering te begrijpen. Mijn werken vormen ook voor de beschouwers een toevluchtsoord om te vluchten van de wereld van alledag om een rustplaats te kunnen vinden in de wereld van rust en tijdsloosheid. Het vervallen huis is mysterieus en herkenbaar als een oude herinnering waarvan ik alleen de schaduwen ken. Ik loop naar voren, mijn voeten plaatsend in het glooiende aarde met haar grillige vormen. Oude leren schoenen lijken geen vaste grond te vinden en mijn voetstappen bewegen zich langzaam voort alsof ik tegen de stroom in loop. Het huis hypnotiseert mij en laat mij wandelen door de tijd van het verleden en de toekomst. De tijd gaat traag voorbij terwijl ik mij voortbeweeg in het bewegende land. Het land beweegt onritmisch en de tijd verschuift mee, waardoor het heden, het verleden en de toekomst elkaar overlappen. Het naderen van het huis is als het naderen van het zwarte vlek in mijn geest. Een zwarte vlek, alsof de schrijver sterft met een ganzenveer in zijn hand en een zwarte leegte achterlaat in zijn verhaal.
Ik houd me bezig met het verwerken van materiaal in een vorm waarvoor het niet gemaakt is, waardoor er andere perspectieven ontstaan. De positie van de vrouw in de wereld, het concept ‘huwelijk’, haar geschiedenis en rituelen fascineren me. Met dit werk wil ik de romantiek en toewijding ervan onder de aandacht brengen. Deze japon is een ode aan het handwerk dat vrouwen van kleins af aan werd geleerd te maken, om te kunnen voorzien in de bruidsschat. De uitzet. Door de eeuwen heen is dit een intercultureel verschijnsel en een sociaal-maatschappelijk gewenste manier om het ouderlijk huis te kunnen verlaten en zelf een huishouden te kunnen realiseren. De tafelkleden symboliseren de fijnheid en kunstigheid van presentatie, om de voorkomendheid en reinheid in ere te houden. De gordijnen vertegenwoordigen een beschermende, vertrouwde omgeving en intimiteit. Het kussensloop vertelt iets over de passie en tederheid in het liefdesleven van het paar en het zakdoekje erop refereert aan romantische verleiding.
In mijn landschappen is licht de rode draad, onlosmakelijk verbonden met tijd en ruimte, en vertaalt de kracht van het afwezige. Zo wordt het alledaagse bijzonder en mysterieus. Dit grote gebied geeft mij de vrijheid om het op mijn manier weer te geven: tekeningen die vorm krijgen in diverse mediums. Mijn werk beweegt zich op de grens tussen figuratief en abstract. In dat schemergebied, waar voorstellingen oplossen of verschijnen, hoop ik de toeschouwer uit te dagen zijn eigen ervaringen in te zetten en andere op te doen. Ik werk graag op of met papier. De eenvoud, het pure en kwetsbare van het materiaal fascineert me. De grootte van het formaat ( ongeveer tussen 250 x 150 cm )zorgt ervoor dat ik me kan overgeven aan het laten ontstaan van een louter vormen spel. Soms danst het krijtje over het papier en elk lijntje vertaalt een gedachte in materie en haalt een stukje licht weg. Zo wordt een scheiding aangebracht tussen licht en donker. Tijdens het tekenproces ontstaat zo een beeldende werkelijkheid die nieuwe gedachten of emoties oproept.
Voor mijn werk maak ik gebruik van verschillende dragers. Zo maak ik gebruik van oude houten luiken, zeekaarten, papier of doek. Soms geeft de drager inspiratie tot het maken van een werk. In mijn werk probeer ik beelden op een zo spontaan mogelijke wijze naar boven te laten komen. De beelden die ontstaan hebben een link met het onderbewustzijn en krijgen soms een droomachtig karakter. Mensfiguren, dieren, wezens, landschapselementen en architectonische elementen zijn onderwerpen die terugkeren in mijn werk. Tevens maak ik gebruik van tegenstellingen. Dit zit zowel in de manier van werken als in de afbeelding. Grote vlakken wissel ik af met gedetailleerde tekeningen. Harde strenge lijnen worden onderbroken door vloeiende golvende bewegingen. Ik kan een lieve tekening teniet doen door er hard door heen te krassen. Een verdrietig element wissel ik af met een grapje. Sommige (nieuwe) vormen krijgen een symbolische betekenis. Ze zijn een verwijzing naar iets buiten zich zelf. Symboliek is niet iets wat ik bewust gebruik in mijn werk. Het is iets wat ontstaat. Het is iets wat de werken een persoonlijke lading geeft en voor mij een mogelijkheid biedt om steeds op zoek te gaan naar nieuwe vormen en ideeen. Wat heeft een beeld nodig om interessant te zijn en wat kan je weg laten. Door nieuwe beelden krijg ik inspiratie voor weer andere vormen en ideeen. Hierdoor vormen de beelden ook een reactie op elkaar.
Maakt tekeningen op papier van gemengde techniek.